Inleiding

Inleiding

De inleiding kun je zien als de lancering van je scriptie. Na het lezen van de inleiding moet het voor de lezer duidelijk zijn waar de scriptie over gaat, wat de probleemstelling is en waarom deze relevant is. De lezer moet aangespoord worden om verder te lezen en het moet voor hem of haar duidelijk zijn wat hij of zij kan verwachten. De inleiding wordt als laatste van alle inhoudelijke hoofdstukken geschreven, omdat de inhoud hiervan afhankelijk is van de andere hoofdstukken.

Doorgaans bevat de inleiding van een scriptie de volgende paragrafen:
  • Aanleiding: achtergrond van de te behandelen problematiek, welke ook de praktische relevantie (voor bepaalde individuen, organisaties of maatschappij) vormt.
  • Huidige literatuur en hiaten: korte beschrijving van bevindingen huidige literatuur en hiaten hierin (alleen bij wetenschappelijke scripties).
  • Probleemstelling en deelvragen: formulering probleemstelling en deelvragen op basis van beschreven hiaat in literatuur.
  • Doel en aanpak: korte omschrijving van doel van het onderzoek en de wijze waarop dit onderzocht is.
  • Bijdrage: omschrijving van wat jouw onderzoek toevoegt aan huidige literatuur en/of de praktijk (alleen bij wetenschappelijke scripties).
  • Leeswijzer: opsomming van de hoofdstukken en wat hierin is behandeld.
Voor de overzichtelijkheid kun je ervoor kiezen om elke paragraaf een kop te geven. In wetenschappelijke scriptie of papers worden deze kopjes vaak achterwege gelaten om het stuk compact te houden. In plaats daarvan worden witregels gebruikt.
Reactie plaatsen

Sneller afstuderen met een scriptiecoach?